Droom ik, of denk ik?
Duizend dingen in mijn hoofd. Mijn hoofd gaat sneller dan ik typen kan, sneller dan ik praten kan, en zeker sneller dan ik met mijn handen kan uitvoeren. Keer op keer loop ik vast. Simpelweg omdat ik niet op 7 zijpaadjes tegelijk kan lopen.
Ik heb er iets op gevonden.
Iedere keer als ik op 1 pad loop, benoem ik dat pad voor mijzelf. ‘Ik schrijf nu een blog over parkeren.’ Dit benoemen moet ik op een bepaalde, precies juiste manier, doen. Als ik het ’te licht’ kenbaar maak, trappen mijn hersenen er niet in. Maak ik het te duidelijk, dan verdwijnt de gedachteflow, stok ik, en weet ik niet meer waar ik mee bezig was. Als ik het mijn hersenen laat weten door hekjes neer te zetten aan de zijkanten van mijn pad, dan werkt het uitstekend. Dit pad volgen, dit pad volgen, en als ik een zijpaadje op wil, plaats ik een bordje. ‘bodymap lezen’. En als ik een zijpaadje op wil, plaats ik een bordje ‘obsessies, dwang, misdiagnose’. En als ik een zijpaadje op wil, plaats ik een bordje en schrijf de opdruk in mijn agenda.
Ik parkeer de zijpaadjes. En als het blog af is, kies ik een zijpaadje als hoofdweg.
Verscheidene kinderen uit mijn praktijk hebben een parkeerplek, of 2 of 3. In hun hoofd. En een vuilnisbakje of een vulkaan ernaast, om alles in te gooien wat weg kan. Iedere avond even hoofd opruimen! En iedere dag tijd nemen om met de parkeerplekken aan de slag te gaan. Geweldig fijn voor hen dat ze op deze manier onderscheid kunnen maken tussen focus, denken, creatief denken, en dromen. Alle vier een fantastisch goedje, maar wel op het juiste moment!
Hadewych Simonis is kindercoach en trainer voor denkers. In haar praktijk in Monster werkt zij met (hoogbegaafde) kinderen en hun ouders aan een stevige grond onder hun voeten.